Header De Weg Naar Eenvoud
deWeggeverij

De weg naar Eenvoud: deel 4 Tijd

Foto Toon
Alles uit deze essay mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van mij, maar vermeld wel van welke essay het citaat afkomstig is inclusief de naam van de auteur, en dat ben ik.

Woord vooraf:
Om het onderstaande goed te kunnen begrijpen is kennis van de eerder verschenen essays noodzakelijk.

TIJD

Iedereen beleeft tijd op zijn eigen manier, daarom is uitleggen wat tijd precies is, een moeilijke opgave, maar met een flinke dosis doorzettingsvermogen is het me gelukt een redelijk degelijke beschrijving van het begrip tijd te produceren.
Immanuel Kant heeft in zijn schrijven de tijd beschreven als ‘de werkelijke vorm van de innerlijke aanschouwing’, tijd bestaat dus wel, maar dan tussen de oren.
Ik kan me in mijn verstand tijd voorstellen en daarmee bepalen op welk moment in mijn tijd iets plaatsvindt, zo kan ik bijvoorbeeld constateren dat een lampje knippert. Tijd moet worden beschouwd als iets dat mijzelf toebehoort; ík ben degene die tijd kan ervaren, niet het object (zoals dat knipperende lampje) dat ik in mijn tijd ervaar. Tijd behoort daarom mij toe en is niet van buiten mij afkomstig.
Om dat duidelijker te maken haal ik altijd het kiezelsteentje erbij. Hoe goed ik het kiezelsteentje ook onderzoek, ik zal aan het steentje zelf nooit kunnen waarnemen waar het is geweest voordat ik het voor mij op mijn bureau legde. Als ik een buurman vraag waar hij precies was voordat ik hem ontmoette dan kan hij me dat hoogstwaarschijnlijk wel vertellen. Als ik de buurman echter heel goed onderzoek, dan zou ik dat nooit aan de buurman zelf kunnen ontdekken. Dat de buurman het wel ‘weet’ bevestigt het feit dat tijd een menselijke beleving is, die ook nog per mens verschilt. Mijn kiezelsteentje heeft me nooit iets kunnen vertellen.
Ik heb eens een essay geschreven over die beleving van tijd. Tijdens een reisje langs de Rijn met kerst en oud en nieuw sprak ik een medepassagier en opeens hoorde ik haar zeggen: “de tijd gaat veel te snel!”. Ik heb toen tegen haar gezegd dat ze daar eens wat aan moeten doen, ze zijn zo knap tegenwoordig, als ze het klimaat gewoon terug kunnen veranderen, dan kunnen ze ook wat aan de tijd doen, die gaat inderdaad veel te snel.
Ik kan me nog herinneren dat mijn kinderjaren een eeuwigheid duurde, een jaar duurde toen heel lang, maar tegenwoordig vliegen ze voorbij. Als ik nu kinderen zie, dan weet ik dat hun tijd net zo traag voorbij gaat als toen ik zo oud was. In mijn beleving gaat de tijd snel, maar in de beleving van het kind juist niet.
Als ik naar het kiezelsteentje voor me kijk, dan weet ik dat het steentje tijd niet beleeft, dat het geen verleden en geen toekomst kent. Alles wat ik het kiezelsteentje toeschrijf bevindt zich in mijn gedachten en niet in het kiezelsteentje op zich. Kant formuleert dit als volgt:
‘Volgens het bovenstaande kan de tijd alleen geen absolute realiteit worden toegeschreven. Tijd is niets dan de vorm van onze innerlijke aanschouwing.’
Tijd zit in ons systeem en biedt ons de mogelijkheid veranderingen/gebeurtenissen waar te nemen en die hebben we nodig om in de natuur te overleven, onze beleving van tijd is onder meer een hulpmiddel dat het begrip causaliteit ondersteunt. Een goed voorbeeld is het met de handen vangen van een bal, een handeling waarbij onze beleving van tijd een grote rol speelt. Ik zie de bal aankomen, weet waar de bal was en nu is en kan door mijn ervaringen voorspellen waar hij straks zal zijn en zo kan ik mijn hand alvast daarheen brengen. Deze volgorde van handelingen is ook van toepassing op bijvoorbeeld de aanval van een insect, een vallende tak, etc.
Onze beleving van tijd en het gebruik als hulpmiddel daarvan is in onze wereld een beetje doorgeschoten en dat heeft ertoe geleid dat we tijd buiten onszelf hebben geplaatst; het is niet meer de innerlijke aanschouwing, maar een door onszelf ontwikkelde in werkelijkheid bestaande klok die ons dagelijks leven voor een groot gedeelte bepaalt. Het hulpmiddel is ons min of meer de baas geworden.
We hebben tijd als hulpmiddel een werkelijke vorm gegeven. Heel lang geleden zag de mens de regelmaat van dag en nacht en de regelmaat van de maancyclus, maar ze zagen ook de regelmaat van de seizoenen. Er werden constructies gebouwd om te markeren op welke dag de zon zijn hoogste stand had. Op die manier werd ook de equinox bepaald, het moment dat de dag even lang als de nacht duurt. Door deze hulpmiddelen kon men tellen hoeveel dagen er in een jaar zitten. Men kwam er ook achter dat de maancyclus niet strookte met de regelmaat van de seizoenen. Er werd een lijst van dagen en maanstanden bijgehouden en dat noemde men de kalender. Onze beleving van de regelmaat en de veranderingen in de natuur werd geordend. Maar in leefgemeenschappen was het noodzakelijk dat er afspraken gemaakt konden worden en daar werden herkenbare momenten van de dag voor genomen. Het kraaien van de haan kondigt de dageraad aan; als de zon op z’n hoogst staat, dan is het de noen, het midden van de dag. De zonnewijzer werd uitgevonden waarop meer in detail kon worden gezien in welk gedeelte van de dag we waren, mits de zon schijnt natuurlijk. De dag en de nacht werden beide onderverdeeld in twaalf uren. Ook de zandloper was een prima hulpmiddel waarmee de dag, maar ook de nacht in gelijke stukjes werd verdeeld; een cyclus van een standaard zandloper duurde een half uur. Zo’n cyclus heet een glas, dus een uur is ongeveer twee glazen.
Toen Christiaan Huygens in 1657 het slingeruurwerk (de klok) uitvond kon men de dag ook zonder zonnewijzer en zandloper in uren opdelen. Zo kon men makkelijker afspraken maken en gebeurtenissen nauwkeuriger in een kalender vastleggen.
Deze uitvinding is een eigen leven gaan leiden en heeft geleid tot de gedachte dat de klok de representatie van de ‘in werkelijkheid bestaande tijd’ is. De tijd was niet meer een innerlijke aanschouwing, maar iets dat buiten ons bestaat. Ik kan me nog herinneren dat ik een nieuwsbericht hoorde waarin werd gemeld dat wetenschappers voor het eerst een tijddeeltje hadden waargenomen. Ik heb er daarna nooit meer iets van gehoord, maar het geeft aan hoe sterk de dwalingen op dat gebied zijn. Ik keek ernaar toen Robert Dijkgraaf, na berichten over neutrino’s die sneller zouden gaan dan het licht, bij DWDD live op televisie meldde dat als dat waar zou zijn ook tijdreizen mogelijk zou kunnen zijn. Zo stevig zit het in werkelijkheid bestaan van tijd in de wetenschappen verankerd. Ik kijk dan weer even naar mijn kiezelsteentje en denk dan aan de neutrino’s die zelf niet weten wanneer en waar ze toen precies waren en dan wordt het me allemaal weer duidelijk.
Het probleem ligt in de tastbaarheid van de klok. Als ik stel dat kaboutertjes echt bestaan, dan heb ik helaas geen kaboutertjes die ik zo kan aanwijzen, maar als ik stel dat tijd echt bestaat heb ik een klok voorhanden waarnaar ik kan wijzen. De geloofwaardigheid van deze verwijzing; tijd bestaat, kijk maar naar de klok, heeft Kant gelukkig ook in zijn Kritik uitgelegd. Hij noemt het ‘de logische schijn, die uitsluitend nabootsing van de vorm van de rede inhoudt (de schijn der drogredenen)’. Hij beschrijft de hardnekkigheid van ons verstand waarin de ‘subjectieve noodzaak’ (wat wij menen dat noodzakelijk is) voor ‘objectieve noodzaak’ (wat werkelijk noodzakelijk is) wordt gehouden. Kant gaat uitgebreid in op dit verschijnsel in zijn hoofdstuk De paralogismen van de zuivere rede. Een logisch paralogisme is een syllogisme dat qua vorm onjuist is. Een syllogisme is een redeneringsvorm, bijvoorbeeld: Alle mensen zijn sterfelijk, Socrates is een mens, dus Socrates is sterfelijk.
De redenering: ik beleef tijd, de klok geeft de tijd weer, dus tijd bestaat in werkelijkheid is volgens Kant een logisch paralogisme, een verkeerde gevolgtrekking. Een bekend voorbeeld is: ik pas in mijn jas, mijn jas past in mijn koffertje, dus ik pas in mijn koffertje. Ik weet meteen dat het niet klopt en toch klinkt het logisch. Ik word misleid omdat het niet om de jas gaat, maar om het passen. Het passen van mij in de jas is iets heel anders dan het passen van mijn jas in mijn koffertje; mijn beleving van tijd is iets heel anders dan wat een klok in de werkelijkheid weergeeft. Een klok is een instrument dat veranderingen telt en dat weergeeft door middel van wijzers en/of cijfers. Als ik in een zandloper de zandkorrels zie vallen, dan zie ik niet de tijd, maar ik zie veranderingen. Het zien van de veranderingen is een bevestiging van mijn ‘innerlijke aanschouwing’ dat ik ken als tijd.

    Belangrijke leerpunten uit deze essay

  • Tijd is volgens Kant ‘de werkelijke vorm van de innerlijke aanschouwing’, tijd bestaat dus wel, maar dan tussen de oren.
  • Tijd moet worden beschouwd als iets dat mijzelf toebehoort; ik ben degene die tijd kan ervaren, niet het object dat ik in mijn tijd ervaar. Tijd behoort daarom mij toe en is niet van buiten mij afkomstig.
  • De tijd alleen kan geen absolute realiteit worden toegeschreven. Tijd is niets dan de vorm van onze innerlijke aanschouwing.
  • Tijd zit in ons systeem en biedt ons de mogelijkheid veranderingen/gebeurtenissen waar te nemen en die hebben we nodig om in de natuur te overleven.
  • We hebben tijd als hulpmiddel een werkelijke vorm gegeven.
  • De klok werd geleidelijk de representatie van een ‘in werkelijkheid bestaande tijd’. De tijd was niet meer een innerlijke aanschouwing, maar iets dat buiten ons bestaat en dat werd dé oorzaak van verschillende dwalingen in de wetenschappen.
  • Een logisch paralogisme is een redenering met een verkeerde gevolgtrekking.
  • Een klok is een instrument dat veranderingen telt en dat weergeeft door middel van wijzers of cijfers.
  • Het zien van de veranderingen is een bevestiging van mijn ‘innerlijke aanschouwing’ dat ik ken als tijd.

Tot zover mijn essay over tijd. Het is nu tijd om het over het begrip afstand te hebben en daar gaat de volgende essay over, en ik ga het tevens hebben over dwalingen van de wetenschappen met betrekking tot de begrippen tijd en afstand.

Wordt vervolgd.

Benieuwd naar de volgende essay en nog niet geabonneerd? Schrijf dan hieronder in voor een update over nieuwe essays.

Blijf up-to-date!

Krijg direct een e-mail wanneer een nieuwe ESSAY verschijnt!

U ontvangt een e-mail waarin u de inschrijving moet bevestigen.

Door het bevestigen van uw inschrijving gaat u akkoord met het privacybeleid.

2-stemmig (30) 3-stemmig (3) 4-stemmig (23) 5-stemmig (5) De weg naar eenvoud (8) Geluidsweergave (46) Gezondheid (1) Jazz (3) Mannenkoor (19) Oefenen (35) Video (22)